Uitleg categorieën handschoenen en NEN-normen

Voor de uitleg categorieën handschoenen hebben we richtlijnen. De Europese richtlijn voor Persoonlijke Beschermmiddelen (89/686/EEG) beschrijft de minimum voorschriften inzake veiligheid en gezondheid voor het gebruik van persoonlijke beschermmiddelen op de werkvloer.

Volgens deze richtlijn worden persoonlijke beschermmiddelen, zoals handschoenen, opgedeeld in drie categorieën volgens de risico’s waartegen ze moeten beschermen.

Uitleg categorieën handschoenen:

Categorie 1: Handschoenen van eenvoudig ontwerp: Handschoenen die vallen onder categorie 1 bieden slechts bescherming tegen minimale risico’s. De gebruiker moet zelf eenvoudig kunnen vaststellen welke graad van bescherming de handschoen biedt. De fabrikant of importeur in Europa mag voor dit type handschoen zelf een conformiteitsverklaring afgeven. Dit geeft geen enkele garantie op bescherming.

Categorie 2: Handschoenen van intermediair ontwerp – voor middelzware risico’s: Handschoenen die vallen onder categorie 2 zijn ontworpen om bescherming te bieden tegen middelzware risico’s, bijv. handschoenen voor algemene werkzaamheden met een goede perforatie-, snij of schuurweerstand. Deze handschoenen moeten door een erkende keuringsorganisatie getest en gecertificeerd worden.

Categorie 3: Handschoenen van complex ontwerp – voor onomkeerbare of dodelijke risico’s: Handschoenen die vallen onder categorie 3 zijn ontworpen om bescherming te bieden tegen de zwaarste risico’s, zoals bijvoorbeeld werken met chemicaliën, hitte of elektriciteit. Deze handschoenen moeten ook door een erkende keuringsorganisatie getest en gecertificeerd worden. De fabrikant of importeur in Europa dient dit type handschoenen aan een EG-typeonderzoek te onderwerpen en tevens de kwaliteit van het eindproduct zeker te stellen. De organisatie die deze controle uitvoert, wordt geïdentificeerd met een nummer dat naast de CE-Markering vermeld moet worden.

Europese normen

Er zijn een groot aantal Europese normen van toepassing op arm – en handbescherming.
De voornaamste gevaren zijn vervat in de hiernavolgende normen:

EN 420 Algemene vereisten voor handschoenen. Deze norm omvat de algemene vereisten voor handschoenen waaraan deze moeten voldoen. De norm geeft de basis vereisten voor een handschoen aan, zoals markering, maatvoering, samenstelling, ergonomie en gebruikersinformatie.

EN 388 – Bescherming tegen mechanisch risico’s. Deze norm is van toepassing op alle types van handschoenen die bescherming bieden tegen mechanische gevaren als gevolg van schuren, snijden, scheuren en perforeren. De bescherming tegen mechanische gevaren wordt aangeduid door een pictogram gevolgd door vier
cijfers (prestatieniveaus) waarbij elk cijfer overeenstemt met de testresultaten voor een specifiek risico.
Het pictogram ‘mechanische risico’s’ gaat dus samen met een code van 4 cijfers:

a. Schuurweerstand
b. Snijweerstand
c. Scheurweerstand
d. Perforatieweerstand

Deze bescherming wordt weergegeven door een pictogram en 4 cijfers (=prestatieniveau), waarbij de hoogte van elk cijfer (1 t/m 5) overeenstemt met het weerstandsniveau van het betreffende risico. In al die gevallen stemt (0) overeen met het laagste prestatieniveau,
Die prestatieniveaus moeten duidelijk vermeld staan bij het pictogram.

EN 374 – Bescherming tegen chemicaliën en micro-organismen

Deze norm is onderverdeeld in drie subnormen:
-NEN-EN 374-1: Terminologie en prestatie-eisen
-NEN-EN 374-2: Bepaling van de weerstand tegen penetratie.
-NEN-EN 374-3: Bepaling van de weerstand tegen permeatie van chemicaliën

Afhankelijk van de vastgestelde doorbraaktijden, zijn de beschermende handschoenen verdeeld in twee klassen:

Beschermende handschoenen met beperkte chemische bescherming: deze handschoenen hebben prestatieniveau 3 bereikt in minder dan 3 chemicaliën in EN 374-tests.

Veiligheidshandschoenen met een onbeperkte bescherming tegen chemicaliën: deze handschoenen hebben prestatieniveau 3 bereikt bij ten minste 3 chemicaliën in EN 374-tests. De geteste chemicaliën worden aangegeven met een codeletter.

De codeletters voor de chemicaliën zijn als volgt:

A: methanol
B: aceton
C: acetonitril
D: dichloormethaan
E: koolstofdisulfide
F: tolueen
G: diethylamine
H: tetrahydrofuran
I: ethylacetaat
J: n-heptaan
K: natriumhydroxide 40%
L: zwavelzuur 96%

Hierdoor ontvangen beschermende handschoenen met deze norm het CE-teken volgens Cat III.

Het pictogram ‘laag chemisch bestendig’ of ‘waterdicht’ wordt gebruikt voor handschoenen die geen
doorbraaktijd van minstens dertig minuten halen bij minstens drie chemicaliën uit de gedefinieerde lijst, maar die voldoen aan de penetratietest.

EN 455 voor medische wegwerphandschoenen is verdeeld in 3 delen:

EN 455-1: 2000 – Vereisten en testen op lekken
EN 455-2: 2009 + A1: 2011 – Eisen en testen van fysische eigenschappen
EN 455-3: 2006 – Eisen en testen voor biologische beoordeling
Als resultaat van de tests komen de handschoenen overeen met een AQL-waarde van 1,5. Dit betekent dat van de 200 handschoenen maximaal 7 mogelijk de waterretentietest niet doorstaan. Daarnaast zijn de volgende fysische eigenschappen vereist:

Minimumlengte:

voor OK-handschoenen – van 250 mm (maat 5) tot 280 mm (maat 9,5)
voor onderzoekshandschoenen met hechtdraad – minimaal 270 mm
voor naadloze onderzoekshandschoenen – minimaal 240 mm

Treksterkte:

voor en na kunstmatige veroudering (7 dagen bij 70 ° C): minstens 6 N
Hierdoor ontvangen beschermende handschoenen met deze standaard het CE-teken volgens Cat I.

  • EN 407: hitte en vuur
  • EN 511: bescherming tegen koude
  • EN 421: bescherming tegen ioniserende straling en radioactieve besmetting

Vragen of advies?

Vragen, advies of klachten?

Chat met onze binnendienst of neem contact op via: [email protected] of 020 665 95 01.

De chat is beschikbaar van ma t/m vr van 08.00 tot 17.00 uur.